De Dow-Jonesindex daalde 0,9 procent tot 8952,89 punten. De breed
samengestelde S&P 500-index verloor 0,5 procent tot 927,45 punten.
Schermenbeurs Nasdaq sloot op 1628,03 punten, een verlies van 0,3 procent.
Maandag werd bekend dat Obama de belastingen met ruim 300 miljard dollar wil
verlagen om de zwakke Amerikaanse economie te stimuleren.
Fed vreest deflatie
Het enthousiasme hierover werd echter getemperd door bestuursleden van de
Federal Reserve. Zij waarschuwden afgelopen weekeinde voor het gevaar van
deflatie. Dat is een situatie waarin het prijspeil langere tijd daalt.
Ook werd er door sommige handelaren wat winst genomen, na de flinke opmars van
Wall Street op vrijdag. De belangrijkste indices eindigden op de eerste
handelsdag van het jaar 2,9 tot 3,5 procent hoger.
Toch leken beleggers maandag vooral de kat uit de boom te kijken. "Op dit
moment wachten we tot er bericht komt van de nieuw gekozen regering en wat
voor nieuws dat is”, stelde een Amerikaanse handelaar.
Vrees voor terugloop mobieltjesverkoop
Telecombedrijven deden het slecht op de beurs. Ze hadden last van een rapport
van een analist van Bernstein Research, die voorspelt dat de verkoop van
mobiele telefoontjes zal teruglopen. Telecombedrijf AT&T verloor 3,4
procent, Verizon Communications ging 6,2 procent onderuit.
Een gunstig macrocijfer kon het sentiment ook niet ten goede doen keren. In
november bleken de bouwuitgaven met 0,6 procent te zijn afgenomen. Analisten
hadden gerekend op een daling van 1,6 procent.
Geen Job(s)tijding
Technologiebedrijf Apple eindigde 4,2 procent hoger. Topman Steve Jobs maakte
bekend te lijden aan een hormonale aandoening waardoor hij veel gewicht
verliest. Beleggers waren blij dat er duidelijkheid kwam over de
gezondheidssituatie van Jobs, waarover veel geruchten gingen.
De olieprijs liep met 4,7 procent op tot 48,50 dollar per vat van 159 liter.
Dat kwam onder meer door de onrust in de Gaza en de gasruzietussen Rusland
en Oekraïne. Chevron steeg 0,2 procent, ExxonMobil eindigde onveranderd.
Automakers Ford (plus 4,9 procent) en General Motors (plus 1,6 procent) wonnen
terrein nadat ze verkoopcijfers bekend hadden gemaakt. Deze waren minder
slecht dan analisten hadden verwacht.
Euro
In de New Yorkse valutahandel noteerde de euro 1,3575 dollar, tegen 1,3580
dollar bij het slot van de beurzen in Europa.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl